CONGOTRONICS INTERNATIONAL - WHERE’S THE ONE?

Artiest info
Website
 
label: Crammed Discs

 

Als je al even verwijlt in muzikale regionen, weet je hoe lastig het kan zijn bepaalde genres, platen en groepen te slijten: er is “de markt”, er zijn de “formats” van de radio, er is al eens een pandemie en er komt her of der wel eens een oorlog roet in het eten gooien. Brusselaar en Crammed Discs-getrouwe vanaf de vroege dagen, Vincent Kenis weet daar alles van: a zijn vreg werk bij The Honeymoon Killers en Aksak Maboul, ging hij zich met meer dan een normale dosis enthousiasme toeleggen op voornamelijk Afrikaanse muziek en het promoten en bereikbaar maken ervan en liet hij ons kennis maken met Zap Mama, Tartit, Staff Benda Bilili, Taraf de Haidouks, Konono n°1 en de Kasaï All Stars. Daarnaast was hij ook erg actief in de zogeheten avant-garde beweging, die in en om Brussel erg actief was in de jaren ’80 van vorige eeuw en als je naar ’s mans discografie gaat kijken, vind je om en bij de 250 platen waar hij op één of andere manier bij betrokken was.

Zo ontstond een dikke vijftien jaar geleden, in de nasleep van het uitbrengen van de eerste Konono n°1 en Kasai All Stars-platen in Europa -Brussel was in die dagen hét centrale punt voor wie mee wilde zijn met wat toen “wereldmuziek” genoemd werd- het bijzondere plan om een heuse supergroep op de been te brengen rondom de klanken, die ons toen voornamelijk vanuit Afrika kwamen aanwaaien. De Kasai All Stars en Kpnono n°1 zouden de kern vormen, maar al gauw was er interesse uit de vier windstreken en meldden bands als Deerhoof, Radiohead, Wilco en zingende medemensen als Björk, Saul Williams en Questlove zich als fans van de rudimentaire en uiterst fysieke vorm van rock die in die middens bedreven werd.

Daar kwam toen een tribute-plaat uit voort, “Tradi-Mods vs Rockers Alternative Takes on Congotronics” getiteld, waarop 26 artiesten in de studio aan de slag gingen met het toen nieuwe genre. Bij Crammed Discs gingen ze nog een stapje verder en werd het plan opgevat om die allemaal fysiek samen te brengen en te kijken wat er toen zou gebeuren. Tekenden present: tien leden van de All Stars en van Kononi n°1, maar ook de geweldige Juana Molina, de volledige Deerhoof,, Wildbird & Peacedrums en Matt Mehlan van Skeletons. Uiteraard was ook Kenis van de partij, als een soort curator van het hele gebeuren. Eerst kwam er een schrijfproces-op-afstand tot stand, waarbij de demo’s heen en weer gestuurd werden via het Internet en toen geoordeeld werd dat men klaar was voor het echte werk, werd iedereen naar Brussel gevlogen voor het echte werk: het afwerken van de songs en het repeteren voor de tournee die inmiddels was opgezet. Die leidde in 2011 tot zestien concerten op de meest gereputeerde festivals van Europa en Japan en daar werden dus ook steevast opnames gemaakt die nu, tien jaar later en na nog heel wat gebruik van de digitale snelweg, door Greg Saunier en John Dieterich van Deerhoof, tot een naadloos geheel geconterfeit.

Concertopnames en studiotracks werden bijeengebracht en leidden uiteindelijk tot deze bijna zeventig minuten durende, opwindende plaat, die alvast één deler gemeen heeft: stilzitten is er niet bij. Het bijgeleverde boekje levert daarenboven interessante informatie op over het hele proces, uit de mond van de betrokkenen zelf. p die manier wordt deze plaat, die inzake opnamekwaliteit een tikkeltje ongelijkmatig is, toch een hoogst interessant tijdsdocument op, waarvan de titel even duidelijk als betekenisvol is: als je zoveel muzikanten uit zoveel richtingen en genres bijeenbrengt en die spreken heel verschillende talen, dan is er maar één ding dat ze allemaal willen weten: wanneer moet ik beginnen te spelen ofte ‘where is the One?”. Kijk, dit is nu eens het soort plaat, waarvoor je iemand als ondergetekende altijd mag wakker maken: ruw, rauw, indringend, onweerstaanbaar en heerlijk!

(Dani Heyvaert)